We bereiken samen met Peter en Sigi San Pedro de Atacama na een prachtige rit door de dorste (over de dorstigste kunnen we discussiëren) woestijn op deze aarde. Gelukkig kamperen we net buiten het dorp want het is waanzinnig hoeveel toeristen er zijn. We zijn heel blij met de keuze van Sigi voor deze camping want de infrastructuur is goed en we hebben regelmatig internet. Tot onze niet geringe verbazing regent het iedere dag, steevast rond vijf uur komt er veel wind, donkere wolken en daarna regen. Na de regen is er weer zonneschijn en het zicht op de bergen is prachtig, de kleurschakeringen veranderen om de minuut. Na anderhalve maand scheiden onze wegen, Sigi en Peter willen naar Argentinië en wij naar Bolivia. Het afscheid valt zwaar omdat het een fantastische tijd was samen. Ons plan is om eerst de interessante delen ten zuiden van San Pedro te bezoeken en daarna de Geiser El Tatio. De ervaring in de Laguna Piedra is fantastisch, we stappen het water in en worden letterlijk omhoog gestuwd door het zout. Na 20 minuten voelen we ons als een zalm in een zoutjasje en moeten we douchen, alles is keurig voorzien. De volgende lagune, Chaxa is de plek om flamingo’s zien, de zon is niet van de partij en de wind maakt het bezoek minder aangenaam maar toch zijn we onder de indruk van de uitgestrekte Salar, in de verte zien we besneeuwde vulkanen. Flamingo’s zijn een van de oudste vogelsoorten op aarde, reeds 130 miljoen jaren bestaan ze. Via ioverlander weten we dat je niet in het park mag overnachten tenzij je de juiste ranger treft en weinig Spaans begrijpt. We installeren ons op een verharde zijweg die naar de broedplaats van de flamingo’s leidt en wachten af hoe de rangers zullen reageren. Ze bezoeken ons na sluitingstijd en willen de garantie dat we niet verder gaan dan de ketting aan de ingang van de broedplaats, wat we uiteraard beloven. Daarna breekt de hel los, een hevige stortbui, op een minimum van tijd staan we tussen de plassen zoutwater, de belevenis is geweldig in dit desolate landschap. De zonsondergang boven de Cordillera, na de bui, zorgt voor spectaculaire beelden. We slapen lekker met de wetenschap dat we niets gemist hebben, tenzij de open sterrenhemel van de Atacama woestijn. Tegen 9 uur zijn we terug aan de lagune om foto’s te maken met een andere lichtinvalshoek. We staan op de parking en worden koud gepakt door een Fransman die wil weten waar we vandaan komen, als hij verneemt dat we Belgen zijn repliceert hij: “il y a d’autres flamands ici”, waarop Michel nieuwsgierig vraagt “Où ça”, hij antwoordt “des flamands roses”. We lachen hartelijk om zijn woordspeling en bollen daarna verder naar Peine, nog 500 meter hoger gelegen. Op de camping zijn er twee natuurlijke zwembaden gevoed door een bergrivier. We appreciëren de verkwikking van de poelen maar kamperen in het domein mogen we niet wegens het gevaar van grondverschuivingen door de regen die later zal komen. Op de hoger gelegen parkeerplaats mag het wel. Het wordt een vreselijke nacht omdat we de locatie moeten delen met de plaatselijke, wellicht zeer begoede jeugd, die andere tijds- en vooral andere geluidsnormen hebben. Onuitgeslapen rijden we naar een enorme kloof “Quebrada de Jere” waar fruitbomen groeien. De thematische wandeling leert ons veel over de aanwending van de vulkaansteen voor de woningbouw en de holen in de bergwand waar het fruit werd in bewaard. De terugweg naar San Pedro de Atacama gaat door een dal bezaaid met stenen waarvan we ons de impact op de aarde proberen voor te stellen. De zon schijnt en het zicht op de bergen is prachtig. Later op de dag opteren we om op een camping te gaan in een oase op 10 kilometer van de San Pedro in Cucuter, een van los Ayllus, voorouderlijke leefvormen, verspreid in de oases tussen San Pedro en de salar van Atacama. Het is een voltreffer, warme douches goede wifi en vooral een vriendelijke Franssprekende eigenaar en dito medewerker. Na consultatie van het weerbericht en overleg met de eigenaar van de camping moeten we onze plannen wijzigen. Door de hevige regenval, zeer zeldzaam in deze dorre woestijn, zijn alle passen afgesloten en we moeten wachten op beter weer, nog minstens zes dagen, of onze route wijzigen. We besluiten om via de Transamericana te rijden tot Iquique en dan door te steken over de Andes naar La Paz in Bolivië. Omdat we er de eerste 120 kilometer geen tankstation is moeten we San Pedro de Atacama binnenrijden en stellen vast dat het stadje nog meer overspoeld is, buiten de toeristen is er nu ook overal water en vooral modder. Het is een trieste aanblik want niets is hier voorzien op zoveel regen. De schoonmaakkosten zullen enorm zijn.
Na de tankbeurt rijden we terug richting Calama en zijn getuige van de ravages die de waterstroom heeft aangericht. We vernemen dat de weg de vorige nacht afgesloten was wegens te gevaarlijk en we kunnen het geloven. Overal liggen er brokstukken op de weg of is de weg gedeeltelijk weggespoeld. Als we Calama binnenrijden zien dat de weg naar San Pedro de Atacama weer afgesloten wordt. Honderden vrachtwagens, toeristenbussen en personenwagens staan aan de kant op een groot parkeerterrein voor de pas. We rijden Calama binnen en doen inkopen, aan de visstand krijgen we te horen dat er geen vis kan verkocht worden wegens een gebrek aan water, we staan er niet bij stil. Pas later beseffen we de omvang van de ramp, we mogen wel kamperen maar er is geen water, de hele stad zit zonder. We krijgen bij wijze van compensatie een fles van 20 liter gratis. Door de hevige regenval, is het drinkwatersysteem verstoord, dit is althans wat wij denken, niemand kan ons een verklaring geven. De lokale bevolking laat het laconiek over zich heen gaan “Het is wat het is”.
We proberen in Calama onze camper te ontdoen van zoutresten maar dat lukt niet. Na een vrij eentonige rit bereiken we Tocopilla en vinden via ioverlander een schitterende plek aan zee. Bijgestaan door een zwerver die hier op het strand leeft, installeren we ons op 25 meter van de branding. Honderden pelikanen vliegen aan en af en worden nauwlettend gadegeslagen door de gieren die overtal prooi proberen te vinden. De zonsondergang is eens te meer onvergetelijk omdat er geen wolken zijn aan de horizon. De volgende morgen biedt veel spektakel, de zon komt heel laat boven de Andes maar de activiteit van de vogels is enorm, voeden, vis vangen, het houdt niet op en wij kunnen dat allemaal volgen van uit onze luie stoel. Maar we willen verder, Iquique, de draaischijf van Zuid-Amerika is nog 200 kilometer verder en heeft een grote taks free zone, heel veel auto’s uit Japan worden hier verder getransporteerd naar de rest van Zuid-Amerika. Wie wisselstukken nodig heeft kan hier terecht. Voor ons lijkt het een ideale plaats om een aantal uitgestelde aankopen toch te realiseren. We installeren ons op een camping met zwembad hoog op een klip. Na een dag van tsjollen door de stad, hebben we een nieuw zonnepaneel, weten we waar we een nieuwe band kunnen kopen en vinden een zaak waar we de revisie van de dieselpomp en injectors kunnen laten doen. De mechanicien zal de demontage en montage doen op de camping, zodat we rustig kunnen blijven genieten van het zicht op zee en drie kleine eilanden waar zeeleeuwen verblijven. We kunnen ze zien en vooral hun gebrul horen. Het weer is schitterend, ’s morgens wat zeemist, die in de loop van de voormiddag veld ruimt voor volle zon.
Recente reacties