De Galapagos eilanden liggen in de Stille Oceaan op de evenaar op 1000 km van het vasteland. Er zijn 13 relatief grote eilanden en 6 kleine. Vijf ervan zijn bewoond. De helft van de inwoners leeft in Puerto Ayora op het eiland Santa Cruz. Omdat de eilanden zo geïsoleerd zijn van het vasteland leven er diersoorten en groeien er planten en bomen die nergens anders ter wereld voorkomen. Deze eilanden en zijn andere zeereizen met de Beagle in Zuid-Amerika van 1831 tot 1836 inspireerden Darwin, die hier in 1835 vijf weken verbleef, tot het schrijven van “The Origin of Species”, de evolutietheorie. Met hoge verwachtingen landen we op Baltra, de enige ecologische luchthaven, koolstofvrij, in Ecuador. Er zijn windmolens en de bus die ons naar het kanaal van Itabaca brengt is Euroklasse 5. Het vulkanisch landschap is uniek. Om de haverklap moet de chauffeur stoppen of uitwijken voor kleurrijke
landleguanen die hier endemisch zijn en geen schrik hebben van mensen en auto’s. Ons hotel ligt midden in de stad Puerto Oroya de hoofdstad van het eiland Santa Cruz. Alle transport gebeurt hier met boottaxis van grote schepen naar de wal en op het land met pick ups van alle merken. Om zes uur in de namiddag zien we Peter en Sigi, onze vrienden die hier aangemeerd liggen met de zeilboot Alii Kai, waarmee wij ook zullen varen. Het weerzien, na meer dan een jaar, is zeer hartelijk en we maken ook een geruststellend praatje met de Duitse schipper. De volgende dag is goed gevuld, we bezoeken het Darwin researchcentrum, waar we veel te weten komen over landschildpadden. Er zijn veel hoge endemische cactusbomen. ‘s Namiddags nemen we de ferry naar San Cristobal waar we drie dagen zullen blijven. Ondertussen weten we dat het zeer moeilijk is om iets op eigen houtje te doen. Behalve voor bepaalde snorkelplaatsen moet je voor alles een georganiseerde tour boeken en cash betalen met harde dollars. De informatie die we krijgen over duiken is weinig hoopgevend. Het is superduur en omdat we ouder zijn dan 60 hebben we een medisch attest nodig. Het hotel valt reuze mee en de eigenaar helpt ons om de dagen maximaal te vullen. De Playa Man is dichtbij, goed voor een eerste snorkelervaring. De volgende dag maken we een boottocht rond het eiland, aan de eerste snorkelplaats zien we parende haaien. Het mannetje bijt zich vast in de nek van het wijfje en zwemt naast haar en omdat hij over twee penissen beschikt kan hij haar zowel van rechts of links bevruchten. Op Kicker Rock, een befaamde duikplaats, is de zichtbaarheid niet goed, daarbij zijn er te veel groepen zodat we meer boven dan onder water moeten kijken om onze gids niet uit het oog te verliezen. Voor we de ferry nemen terug naar Santa Cruz maken we een mooie wandeling langs het strand naar Tijeretas, we snorkelen in helder water met veel vissen, Roos ziet een rog. De volgende dag hebben we afspraak met Jens, de schipper, om 6h ’s morgens. Op de catamaran zijn nog twee Duitse passagiers, Julian en Christian. We vertrekken een uur later uit de haven en zeilen met mooi weer en een goede wind naar Isla Isabela, waar we aankomen omstreeks 16.30h. Sigi en Peter komen langs voor het avondmaal, vakkundig bereid door AiAi, de Filipijnse vriendin van Jens. Jens heeft twee fietsen aan boord en de volgende dag brengen we die per taxiboot naar de haven om van daaruit een aangename fietstocht te maken naar Muro de Lagrimas, gebouwd met lava stenen door gevangenen in barre omstandigheden in 1946. Onderweg zien we landschildpadden. De gevangenis sloot in 1959 maar die ene muur staat er als een herinnering aan deze minder fraaie episode in de geschiedenis van het eiland. Op de terugweg heeft Michel een lekke band en moet hij 4 km stappen met de fiets aan de hand in de hete middagzon. Gelukkig vinden we na het middageten een plaats op het strand in de schaduw, een plons in de zee geeft ons energieniveau een boost en we gaan er weer tegenaan. Ondertussen wordt de fiets hersteld en zit de dag er bijna op. Toevallig komen we het Frans koppel, die ontmoetten in het vorig hotel. Zij hebben duiken kunnen boeken zonder dat er een medisch attest werd gevraagd. Na overleg met dokter Elke in België boeken we ook een tocht met twee duiken elk. Een mooie wandeling langs vijvers, waar flamingo’s en andere watervogels te zien zijn, leidt naar de Crianza de Tortugas. Er zijn schildpadden in alle formaten, ze knabbelen luidruchtig aan de palmstengels en maken ruzie over het beste stukje. De schildpadden worden er gekweekt om ze later uit te zetten op de andere eilanden. Op een kajaktocht naar Tintoreras zien we Galapagos pinguïns en duiken de pelikanen rakelings naast ons de zee in. Een pijlstaartrog zwemt onder de kajaks als we uitstappen om te snorkelen. Opletten, zegt de gids, een steek van zo’n rog verlamt onmiddellijk de spieren van het getroffen ledemaat. Op valentijnsdag gaan we duiken naar Isla Tortuga (luchtfoto geplukt van internet) tussen de uitlopers van een vulkaan. Onze vorige duik dateert van november 2018, helemaal gerust dat alles goed zal gaan, zijn we niet. De duiken zijn echter niet diep en worden goed begeleid. We zien haaien, waaronder een groot exemplaar, een hele
familie hamerhaaien, zeeschildpadden en massa’s tropische vissen.
In de verte zwemt een mantarog. De foto van de hamerhaai is afkomstig van het duikcentrum Isla Bella. De uitbaters, Fabienne en Harry, zijn zeer vriendelijk en spreken Spaans, Frans en Engels, Harry zelfs wat Duits. De volgende dag nemen we een halve dag rust. In de namiddag brengen we de fietsen terug aan boord en de volgende morgen verlaten we Isla Isabela, er is geen wind en we varen grotendeels op motor. We slapen voor de achtste keer en laatste keer een nacht als rozen (!) op de boot, gewiegd door de deining van de zee. Het leven op een zeilboot is bijzonder, constant een zicht van 360° en altijd frisser dan aan wal. Nog drie dagen blijven we in Santa Cruz in een hostal waar we zelf kunnen koken. Michel maakt er tweemaal de endemische roze brujo (schorpioenvis) klaar in de oven. Het vlees ervan is wit en de smaak doet denken aan kreeft, heerlijk! We bezoeken er enkele befaamde stranden en doen een interessante boottocht in de baai, we zien onder andere een poel die bij hoog water volloopt, waar jonge haaien ronddartelen, jonge witte spitskophaaien liggen stil te slapen, de enige haaiensoort die niet constant moet zwemmen. Onze laatste avond op Galapagos belanden we in een sushirestaurant; nog nooit aten we zo lekkere sushigerechten, we moeten onze mening dat die meestal wat smaakloos zijn herzien.
Onze terugvlucht naar het vasteland van Ecuador verloopt vlekkeloos en stipt. Op 20 februari slapen we terug in de tsjolbak. De volgende morgen regent het, na 15 dagen zonder neerslag.
Recente reacties